Wie is de baas?
- tessdumitru
- 26 sep
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 11 okt
Als je in een flat woont is het heel makkelijk om tegen kinderen te zeggen: nee, een huisdier komt er bij ons niet in. Het past niet.
Dat is onzin, want er wonen miljoenen huisdieren in flats. De echte reden is dat ik het gewoon heel gek vind dat je de baas bent over een dier. Dat wij bepalen wanneer een dier mag eten, drinken en plassen zonder dat ze kan zeggen wat ze nodig heeft. Maar de baas over wat een kind allemaal wil, is niemand. Zo wilden de jongens al heel lang een hond. “Zet maar op je verlanglijst,” zei ik elk jaar. “Je weet maar nooit.”
En toen hadden we een plan. Daar wilden we de jongens natuurlijk ook een beetje warm voor maken. Dus zeiden we op een dag in één zin: “We gaan naar Roemenië en jullie mogen daar een hond.” Het lot was met ons, want de superoude hond die Dani’s vader op dat moment had, stierf vier weken voor ons vertrek. We zouden dus écht een puppy kunnen adopteren. Maar het feit bleef dat ik me er zeer ongemakkelijk bij voelde dat wij straks ‘de baas’ van een hond zouden zijn.
Eenmaal aangekomen in Târgoviște kwam die hond er toch snel, want ik breek niet graag beloftes. We namen haar mee vanuit een bosje, waar ze samen met haar moeder en zusje woonden. “Ah, jullie kidnapten deze hond dus”, merkte mijn neef Vinnie later droog op. Dat maakte het er niet beter op. Maar… hij had gelijk en we grepen er nog een kat bij ook. De jongens, inclusief Dani, waren zielsgelukkig. Maar de hond en de kat zaten er die eerste dagen nogal stilletjes bij. Zelf had ik een enorme knoop in m’n maag. Ik had een kind bij haar moeder weggehaald. Om ‘de baas’ over haar te spelen. Dat is nu twee maanden geleden.
Inmiddels hebben ze namen: hond Tara en poes (Remy Bonjas)Kiki. Ze leven buiten en kakken waar ze willen. Dat klinkt erger dan het is, want aangezien Mingus niet met ze uit hoeft heeft hij wel kakopruimdienst. Binnen het hek doen en laten ze wat ze willen. Als ze lief kijken, komt een van ons naar ze toe om ze te aaien. En toen het laatst stroomde van de regen, ging Dani midden in de nacht naar buiten om de kas open te zetten waarin ze konden schuilen. En terwijl ik dat zo eens observeerde dacht ik: hoe zit dat eigenlijk? Wanneer ben je eigenlijk de baas? Wij geven de beestjes te eten. En soms moeten ze even in een hok. Als er beton wordt gestort, voor een nieuw schuurtje bijvoorbeeld. De eerste keer vond ik het vreselijk om ze op te sluiten. Maar al snel zag ik dat ze zich totaal neerleggen bij hun lot. Net als toen we ze hadden ‘gekidnapt’ en zij vrij snel toch toenadering zochten. Deze dieren zijn altijd zichzelf en maken er het beste van. En volgens mij maakt ze dat veel meer ‘baas’ dan ik ooit over ze kan zijn. Soms hoor ik ze tegen elkaar gniffelen in hun pootjes: "Ze dachten dat zij de baas zouden zijn over ons." Het is eerder andersom. Of… heel misschien komen we in de buurt van een soort gelijkwaardig tussen twee verschillende diersoorten die ieder hun best doen om het de ander naar de zin te maken.

Elke ochtend zitten Tara en ik samen buiten. Ook nu het 11 graden is om halfzeven 's ochtends. Zij herinnerde me namelijk aan mijn favoriete moment van de dag. Als van heel ver de zon langzaam maar zeker de nacht verdrijft. De rozige gloed in de lucht die voorspelt dat de dag eraan komt. We kijken er samen naar. Ik drink koffie, zij legt haar kop op m’n schoot en soms komt Kiki er ook bij. En dan denk ik: potverdrie, kijk ons hier nou eens zitten als een baas.





Opmerkingen